YERSEKE – Yerseke is een groen dorp, maar als het aan de inwoners ligt mag het nóg wat groener: ook de Yersenaren zelf kunnen daarin het nodige bijdragen. Minder tegels in de tuinen en meer ruimte voor bloemen en planten. “Laat het gras wat hoger groeien”, zegt dorpsbewoonster Colinda de Pré op de themabijeenkomst van CDA Reimerswaal. En ook juttersbakken kunnen het dorp schoon en mooi houden – ieder draagt zijn of haar steentje bij.

door: Han Verbeem

Het is een bescheiden gezelschap van acht personen, woensdagavond in zaal De Haven aan de Paardenmarkt. Door de stormachtige wind zijn veel mensen thuisgebleven. Toch ontstaat onder de aanwezigen een levendige discussie over het groenbeleid. De gemeente ziet het liefst kortgemaakte bermranden zonder onkruid. Dat levert een strak straatbeeld op en een overzichtelijke verkeerssutuatie. De Pré, die samen met haar buurvrouw de bijeenkomst bezoekt, vindt dat jammer. “Groen zou juist de ruimte moeten krijgen in Yerseke en in Reimerswaal”, benadrukt ze. Dat is goed voor de biodiversiteit.

Rentmeesterschap

Voor het CDA is het verantwoord omgaan met groen en met de natuuur een belangijk uitgangspunt vanuit het rentmeesterschap-princioe. “Als mensen hebben we de wereld maar eventjes in beheer, en moeten het doorgeven aan volgende generaties”, zegt oud-wethouder Hans de Kunder. Yerseke moet er niet alleen nétjes uitzien, de natuur moet z’n werk kunnen doen.

Juttersbakken

Dat beaamt ook Marjolein Sinke, raadslid voor de PvdA. Zij heeft vorig jaar in de Reimerswaalse raad een voorstel ingediend om de bermranden niet te maaien. Maar daarvoor vond zij bij andere partijen geen steun en ook de wethouder is niet van plan de maaimachines aan de kant te houden. Sinke vindt ook dat de inwoners een eigen verantwoordelijkheid hebben. Yerseke mag er mooi en schoon uitzien maar toch ligt er nog regelmatig rommel op straat, ook langs de dijken. Ze pleit voor de plaatsing van juttersbakken, waarin voorbijgangers het gevonden afval in kunnen gooien. “Maar dat moet eerst onderzocht worden en dat duurt dan weer zeven maanden”, verzucht ze.

Foto: Aanwezigen van de debatavond, met rechts Marjolein Sinke-Oele en in het midden Colinda de Pré.